3.8 Extra hulp en ondersteuning

Moeilijkheden met leren, of op sociaal emotioneel gebied, worden in de meeste gevallen door de leerkracht als eerste opgemerkt. Maar ook u als ouder kunt, wat problemen betreft, de "aangever" zijn. Thuis zal uw kind zich misschien meer of anders uiten. Het slaapt slecht, gaat ’s nachts (weer) in bed plassen, eet minder dan gewoon, enz. Vangt u die signalen op en heeft u het idee dat dit op school nog niet of onvoldoende is geconstateerd, meldt u dit dan bij de groepsleerkracht. Ook de uitslagen van toetsen kunnen ons op het spoor zetten. Het constateren van problemen resulteert in een melding tijdens de groeps- en/of leerlingbespreking of een collegiale consultatie. Hier bespreken we of er extra hulp nodig is. Samen met de intern begeleider stelt de groepsleerkracht een hulpplan op, gekoppeld aan een bepaalde periode. De uitvoering van dit hulpplan vindt zoveel mogelijk in de eigen groep plaats. Regelmatig worden de ouders geïnformeerd. Soms wordt er medewerking gevraagd om ook thuis wat met het kind te oefenen. Bij de uitvoering van het hulpplan kan het van belang zijn dat een kind individueel ondersteund wordt door de remedial teacher. 
Bij de eerste evaluatie wordt bekeken of de geboden hulp adequaat is. 
Blijkt dat niet het geval dan wordt het hulpplan aangepast en opnieuw uitgevoerd. Vervolgens vindt er na acht weken opnieuw een evaluatie plaats. Afhankelijk van de uitkomst van de tweede evaluatie kunnen dan indien nodig externe deskundigen, bijvoorbeeld vanuit Passenwijs, de logopediste of de schoolarts worden ingeschakeld. Zij geven advies, eventueel op basis van een te verrichten onderzoek en trachten in te schatten of het kind toch nog op school verder geholpen kan worden. Als mocht blijken dat het kind binnen onze school niet verder geholpen kan worden, dan wordt Passenwijs ingeschakeld om te kijken wat het beste traject voor het kind is. 



<< terug